Mogelijke reacties
Als u met het lespakket over kindermishandeling in de klas aan het werk gaat, dan kunnen de reacties van de leerlingen op dit onderwerp soms onvoorspelbaar en heftig zijn. Veel kinderen betrekken het onderwerp op zichzelf en bij sommigen kan dit onplezierig zijn. U moet hier zorgvuldig mee omgaan. Lees over de voorbereiding van dit lespakket meer in de handleiding.
Hieronder volgen een aantal mogelijke reacties van leerlingen met tips over hoe u daarmee kunt omgaan in de klas.
Wat kunt u doen als een kind zichzelf herkent en ineens klassikaal vertelt dat hij of zij ook mishandeld wordt?
Neem het verhaal serieus, maar als leerkracht moet u ook de privacy van het kind beschermen. Ga door op het verhaal, maar maak het algemeen. Zeg bijvoorbeeld dat het heel vervelend is als ouders veel ruzie maken of als er geen ontbijt in huis is. Haal het weg bij de individuele leerling en kom er later nog op terug in een één-op-één gesprek. Spreek dan ook uit dat het goed is dat de leerling dit zegt en bespreek uw zorgen. Volg verder de meldcode als er professionele hulp nodig is.
Wat kunt u doen als een kind vraagt:‘Mijn ouders zijn gescheiden en hebben veel ruzie gemaakt, is dat ook huiselijk geweld?’
Leg uit dat getuige zijn van huiselijk geweld ook mishandeling kan zijn. Maar een keer ruzie maken is natuurlijk niet gelijk kindermishandeling. Als er tijdelijk onrust was en door de scheiding is de rust weer terug, dan is dat prima en geen kindermishandeling. Maar als ouders blijven ruziemaken over de omgang met de kinderen en andere dingen, dan is dat schadelijk voor kinderen. Ook hier is het verstandig om het persoonlijke geval om te buigen naar een algemeen verhaal. Zeg: ‘Bij sommige kinderen gaat het zo thuis en bij anderen juist weer zo…’. U kunt als leerkracht de vervelende situatie of gevoelens bevestigen. Dat is niet gelijk een beschuldiging naar de ouders, maar het kind voelt zich op dat moment wel gehoord en gesteund en zal in een later gesprek – als u er op terugkomt – misschien meer op zijn of haar gemak zijn om het verhaal wat uitgebreider te vertellen.
Hoe kunt u reageren als een aantal kinderen tegen één klasgenoot zegt:‘Jij wordt thuis mishandeld, het is echt niet normaal wat jouw ouders doen!’
Spreek de leerlingen daar gelijk op aan. Het is niet aan de kinderen om over die ene leerling te oordelen. Bescherm het kind, maak het verhaal weer algemeen en kom er later bij die leerling op terug in een individueel gesprek. Vraag bijvoorbeeld waarom de klasgenootjes dat zeggen. Neem een open en neutrale houding aan. Laat het kind het tempo van het gesprek bepalen. Als het niet klaar is om zijn of haar verhaal te vertellen, forceer dan niets. U kunt er later nog een keer op terugkomen als u bezorgd blijft.
Wat kunt u doen als een kind overstuur reageert? Misschien begint er iemand te huilen of loopt er een leerling boos de klas uit?
Besteed later in een één-op-één situatie veel aandacht aan dit kind. Vraag open en zonder te oordelen of het kind aan u kan uitleggen waarom het onderwerp hem of haar zo verdrietig maakte, of boos.
Voor sommige kinderen is dit onderwerp moeilijk omdat het ze ergens aan doet denken. Dat kan ook een vervelend verhaal zijn dat ze hebben gelezen of iets wat ze hebben gedroomd. Vertel aan de rest van de klas dat dingen je emotioneel kunnen raken en dat je daar respect voor moet hebben en dat het bij iedereen anders werkt.
Als er echt alarmerende verhalen naar boven komen, dient u de meldcode te volgen.