Over de meldcode
In 2013 is de Wet meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling aangenomen door de Tweede Kamer. De meldcode heeft als doel kinderen en jongeren die te maken hebben met een vorm van geweld of mishandeling snel passende hulp te bieden, zodat er een einde komt aan de – soms bedreigende – situatie. De meldcode biedt handvatten voor de signalering, helpt bij de zorgroute en zorgt voor meer en betere meldingen bij Veilig Thuis.
Hoe de meldcode werkt
Elke school werkt met een meldcode. Er is een toolkit met een landelijk basismodel meldcode, ondersteunend trainingsmateriaal, een checklist voor managers en risico-taxatie instrumenten. Het basismodel bestaat uit de volgende stappen:
- 1 signalen in kaart brengen
- 2 collegiaal overleg of raadplegen Veilig Thuis
- 3 gesprek met de ouders
- 4 afwegen van de ernst van de zaak
- 5 beslissen: melden of hulp organiseren
Van leerkrachten wordt verwacht dat ze signaleren, dat ze ontwikkelingen en signalen waarover ze bezorgd zijn (of die opvallen) vastleggen en dat ze dit tijdig delen met de intern begeleiders of andere leden van het zorgteam binnen de school. Zo komt er eerder en gerichter zicht op de situatie van een kind en kan er – indien nodig – hulp en zorg op gang komen. Overleg met de ouders zou na elke stap moeten plaatsvinden. Het is in ieders belang dat de communicatie met de ouders goed en constructief blijft. Een leerkracht gaat vaak samen met een intern begeleider met de ouders in gesprek om de zorgen van de school te delen en hun verhaal te horen. Daarnaast is het van belang de ouders duidelijk te maken wat de stappen zijn die nog kunnen volgen, en wat de wenselijke aanpak van de situatie is.
Training hoe te handelen
Door te werken met een meldcode in plaats van een meldplicht, blijft de beslissing om vermoedens van kindermishandeling te melden bij de professional of de leerkracht liggen. Op een school zal een dergelijke beslissing genomen worden in samenspraak met het zorgteam van de school. De nadruk ligt ook niet zo zeer op het melden, als wel op het bieden van hulp, soms door of via de school zelf. Het is dan ook van belang dat leerkrachten die zich met de meldcode gaan bezighouden, getraind worden op het gebruik van de meldcode. Er is een online cursus ontwikkeld door Augeo Acadamy. Hierin leren leerkrachten hoe je omgaat met kindermishandeling en hoe je de meldcode kunt hanteren. Ook zijn er via een aantal Bureau Jeugdzorg trainingen en workshops te volgen voor leerkrachten over kindermishandeling en het bieden van hulp. Daarnaast is de Landelijke Training Aanpak Kindermishandeling beschikbaar in elke regio.
Wie doet de melding?
Als het toch tot een melding bij Veilig Thuis komt, dan is het goed om te beseffen dat dit voor leerkrachten en andere professionals alleen op naam kan. De ouders van het kind zullen dus weten wie er een melding heeft gemaakt. Het komt voor dat ouders hier boos of agressief op reageren of dat zij een kind van school (dreigen te) halen en het op een andere school plaatsen. Leerkrachten en intern begeleiders twijfelen daarom soms over het melden bij Veilig Thuis. Naast vragen over hun eigen veiligheid, vragen zij zich af of een melding in het belang van het kind is. Het is aan te bevelen voor er een melding wordt gedaan goed te overleggen met iemand van de jeugdgezondheidszorg en/of advies te vragen bij Veilig Thuis. Advies vragen bij Veilig Thuis kan wel anoniem. De afweging wie de melding gaat doen, zal zorgvuldig gekozen moeten worden. Er zijn trouwens uitzonderlijke gevallen waarbij leerkrachten wel anoniem een melding kunnen maken. Vraag bij Veilig Thuis hoe u hiermee kunt omgaan.
Er is ook een app beschikbaar over de meldcode die u op uw smartphone kunt installeren. Wilt u meer lezen over de Wet meldcode? Kijk dan op www.meldcode.nl. Heeft u behoefte aan ondersteuning? Neem dan contact op met het Landelijk Steunpunt ZAT via de website of 030 – 230 63 44.