Het Klokhuis over Kindermishandeling

Hesdy legt uit hoe ouders worden geholpen?

Welke hulp is er?

Als er hulp op gang komt voor kinderen die worden mishandeld, dan wordt er eerst gepraat om te ontdekken wat er aan de hand is. Met de ouders, hulpverleners die er verstand van hebben en ook met het kind zelf. Tijdens deze gesprekken, onderzoeken de mensen die hulp bieden wat het probleem is en wat er nodig is om dit op te lossen. Maar welke vormen van hulp zijn er eigenlijk en hoe werken ze?

Als eerste wordt er gewerkt aan de veiligheid thuis. Is het weer veilig? Dan zullen hulpverleners de ouders helpen om het thuis ook veilig te houden. Zodat de ouders goed voor hun kind kunnen zorgen, er voor hun kind kunnen zijn en het aandacht kunnen geven.

Voor ouders is er veel verschillende hulp beschikbaar, zoals bijvoorbeeld:

  1. Relatietherapie, als ouders veel ruzie met elkaar maken, en elkaar pijn doen
  2. Hulp bij opvoeding, zodat ouders leren om positief op te voeden
  3. Psychische hulp, als een van de ouders depressief is, of andere problemen heeft
  4. Verslavingshulp, als een van de ouders verslaafd is aan drugs of alcohol
  5. Hulp bij schulden en geldproblemen

Hulpverleners vinden de veiligheid van kinderen het belangrijkst. Daar worden ook duidelijke afspraken over gemaakt met de ouders. Maar als de problemen van de ouders worden aangepakt, wordt het vaak al meteen een stukje veiliger thuis.

Reactie op een situatie

Het is ook belangrijk dat een kind zich zo snel mogelijk weer goed gaat voelen. Soms zijn er zulke heftige dingen gebeurd dat kinderen er last van blijven houden. Ook als het al voorbij is. Als ze er aan terugdenken krijgen ze buikpijn, of ze slapen slecht. Ook kunnen sommige kinderen daardoor ineens heel boos worden, of zich niet concentreren op school.

Ze zijn nog heel erg bezig met wat er is gebeurd en zijn daardoor niet bezig met het hier en nu. Ze houden last van de vervelende dingen die er zijn gebeurd. Je zegt dan dat iemand een trauma heeft. Een ‘wond’ waar je last van blijft houden. Om een trauma kwijt te raken, kunnen kinderen hulp krijgen. Hulp om zich weer goed te voelen, om alles te verwerken en weer vertrouwen te krijgen in de ouders.

Passende hulp

Er zijn veel verschillende soorten hulp voor kinderen die te maken hebben gehad met kindermishandeling. Zo zijn er trainingen waarbij je leert om de gebeurtenissen een plek te geven of je kunt hulp krijgen om meer zelfvertrouwen te krijgen en je grenzen beter aan te geven. Zoals een looptocht. Voor elk kind is er een passende vorm van hulp beschikbaar. Dit zijn twee therapieën die veel en succesvol worden ingezet na kindermishandeling:

1. EMDR

EMDR wordt gegeven door een therapeut. De therapeut vraagt je wat er is gebeurd en laat je een tekening maken van de nare herinnering. Je concentreert je op het vervelende plaatje en het gevoel dat je daarbij hebt. Ondertussen word je afgeleid door:
-met je ogen de vingers van de therapeut te volgen die voor je gezicht bewegen, van links naar rechts, of
-te luisteren naar geluiden via een koptelefoon
-met je handen te trommelen op de handen van de therapeut

Tussendoor vraagt de therapeut wat je merkt en voelt. In het begin zie je alle vervelende dingen weer voor je, en wordt je daar boos of verdrietig van. Deze behandeling gaat door tot je aan de tekening kunt denken zonder dat je het vervelend vindt. Het trauma is dan verwerkt.

2. Cognitieve gedragstherapie

Hier leer je dat je als kind een reactie (zoals slecht slapen, bang zijn) kunt hebben op een vervelende situatie waar je zelf niets aan kunt doen. Tijdens de therapie ontdek je dat je niet meer bang hoeft te zijn en je leert nieuwe dingen, zoals: jezelf te ontspannen, weer vertrouwen hebben in jezelf en anderen, en omgaan met je emoties.

Je kunt dit alleen met een therapeut doen of in groepstherapie. Als je groepstherapie krijgt, dan zitten daar ook andere kinderen bij die iets vervelends hebben meegemaakt. In therapie schrijf of teken je samen met de therapeut over wat er is gebeurd, hoe je je voelt en hoe je erover denkt. Door er over te praten, zullen problemen die je hebt gekregen door de gebeurtenissen verminderen.

Coen (16) heeft gedragstherapie gehad, eerst in een groep en later in zijn eentje. Hij reageerde vaak heel boos doordat hij als kind geslagen werd door zijn vader. Door de gedragstherapie heeft hij geleerd hoe het komt dat hij bang, boos en verdrietig werd. Hij leerde er mee omgaan: eerst tot tien tellen, bedenken waarom hij zo boos was en weer rustig worden. Het gaat nu heel goed met hem.

Soms kunnen ouders ook getraumatiseerd zijn, bijvoorbeeld door onderlinge ruzies. Ouders krijgen dan ook hulp.